Wat is werk?
We leven in een maatschappij waarin het doen van betaald werk boven al het andere wordt gewaardeerd en status geeft. Wie niet deelneemt aan de arbeidsmarkt, mist die waardering of ervaart zelfs sociale uitsluiting. Wat ís werk precies? Waarom worden sommige opgaves eigenlijk niet als werk gezien, en wat levert het op als we dat wel zouden doen? Met die vragen is beeldend kunstenaar Philippine Hoegen een jaar geleden van start gegaan in het PD-onderzoek Performing Working.
Driehoeksverhouding
Tijdens het verplichte thuisblijven in de covid-pandemie raakte Hoegen gefascineerd door de complexe driehoeksverhouding tussen werk, identiteit en performance. Samen met artistiek onderzoeker Julia Reist en ontwerper Miriam Hempel begon zij aan een analyse van die relatie met het project ‘What is Work?’ bij Kunsthal Gent. “Maar hoe meer ik te weten kwam, hoe meer vragen ik had,” zegt Hoegen. “Dat legde de kiem voor mijn obsessie met de vraagstukken rond werken of niet werken.”
Eerste PD-kandidaat
In mei ’23 begon zij als eerste PD-kandidaat aan HKU in het kader van een landelijke pilot. De introductie van het Professional Doctorate maakt het mogelijk om op het hbo een doctoraatstraject te volgen dat vergelijkbaar is met de universitaire PhD. Er zijn wel verschillen in de manier van onderzoek doen: Hoegen doet praktijkgericht ontwerpend onderzoek, waarbij zij performance inzet als onderzoeksmethode. “Ik kijk naar werk door de lens van performance en naar performance door de lens van werk,” aldus Hoegen.
Makend denken en delen
Via artistieke interventies in verschillende contexten is zij input aan het verzamelen over de definitie, betekenis en zin van werk. Naast performances zijn dat vaak workshops en co-creatieve sessies waarin met zijn allen wordt geschilderd, getekend, geschreven, geknipt en geplakt: “We onderzoeken door te maken. Door het op papier te zetten in tekst en beeld wordt kennis geconcretiseerd en wordt het makkelijker erop te reflecteren. Ik probeer de condities te scheppen waarin mensen op verschillende manieren kunnen maken, makend denken en delen.”
Handleiding voor ziekte
Het begon met een project in samenwerking met het UMC Utrecht, met een focusgroep van chronisch zieke mensen. Zij gingen op initiatief van Hoegen aan de gang met de vraag in hoeverre ziek zijn ook een vorm van werken is. “Ziekte kun je zien als een soort verborgen werk. Wat gebeurt er als we die onzichtbare arbeid expliciet maken?” Samen met de groep ontwikkelde Hoegen vorig jaar ‘Een informele handleiding voor ziekte’, waarin betrokkenen vaardigheden en tips & tricks optekenden voor anderen die met ziekte leven. Een deel van die groep is nu bezig met een vervolgproject, om een nieuwe vorm te vinden voor participatief onderzoek. In co-creatieve sessies zijn zij op zoek naar een werkmethode waarin zij als patiënt niet enkel onderwerp van een onderzoek zijn, maar het zelf ook kunnen sturen.
Gelijkwaardig samenwerken
Het streven naar een gelijkwaardiger samenwerking tussen onderzoekers en participanten is gaandeweg een belangrijk onderdeel geworden van het PD-onderzoek. “Het begin van het zichtbaar maken van onzichtbaar werk is herkenning en erkenning dat wat iemand doet werk is. Daarnaast is het krijgen van meer regie binnen projecten en onderzoeken waaraan iemand meedoet belangrijk,” aldus Hoegen. Daarom werkt de groep nu aan een blauwdruk voor onderzoeksprojecten die een ‘meer dan participatieve’ aanpak voorstaat: iedereen die meedoet draagt op gelijke voet bij en moet de vruchten van eigen werk kunnen plukken. Op het moment dat je de verhalen over leven met een ziekte als kennis gaat zien en patiëntparticipatie als werk kan er een inclusiever systeem ontstaan, is de gedachte.
Dakloosheid
Een ander onderwerp waarmee Hoegen al enige tijd bezig is, is dakloosheid. “Dat is al helemaal iets wat door niemand met werk geassocieerd wordt, maar ook dat is keihard werken.” Hoegen, het Straat Consulaat in Den Haag en kunstenaar Bo Stokkermans initiëren samen bijeenkomsten met mensen die met dakloosheid te maken hebben. Het Straat Consulaat zet zich in voor belangenbehartiging en ondersteuning van dak- en thuislozen, Bo Stokkermans heeft (vrijwillige) ervaring met dakloosheid. In maart maakten de aanwezigen tekeningen, collages en teksten over beeldvorming rond dakloosheid en drukten deze op T-shirts. In april volgde een schrijfworkshop door schrijver en redacteur Veerle Driessen. Dit naar aanleiding van de behoefte van deelnemers om hun verhaal te kunnen opschrijven of aan een manifest te werken.
Go
Het gemaakte werk, de publicaties, (video)verslagen en scripts van alle gevoerde sessies binnen Performing Working zijn te vinden op Hoegens researchpagina op het onderzoeksplatform van de Society for Artistic Research. Het is een logboek, dat meteen een aanzet is tot het portfolio dat over vier jaar wordt opgeleverd. Het laat zien dat er in een jaar tijd al ontzettend veel werk verzet is met verschillende groepen. Een opvallende recente post betreft de Board Meeting van eind april: dat is het verslag van de Go/No-Go meeting met de supervisors van het traject. Dit is een vast evaluatiemoment in elk PD-traject, waar Hoegen op geheel eigen wijze invulling aan heeft gegeven: in lijn met haar onderzoek richtte zij de meeting in als een performance.
Verschillende iks
In de Board Meeting liet Hoegen zes verschillende versies van zichzelf als onderzoeker aan het woord: de onzekere onderzoeker, de zelfverzekerde onderzoeker, de sensitieve lover, de gezaghebbende gespreksleider, de patiënt en de kunstenaar. Die personae vertegenwoordigen de verschillende benaderingen in het onderzoek, en hebben tegelijkertijd een link met de inhoud. Zo werd Hoegen in de loop van de sessies met de chronisch zieke mensen zelf ook ziek, wat haar een gelaagder perspectief op het onderwerp gaf – daarom was de patiënt ook in de meeting aanwezig. De methodische toepassing van dergelijke rollenspellen wil zij de komende jaren verder uitdiepen. “Voor mij is dit een goede analytische tool om uit te vinden welke krachten of welke versies van mij een rol spelen bij het doen van dit onderzoek, en wat er nog nodig is om het goed te kunnen doen.”
Helikopterview
Zo is persona Heli pas ontstaan bij de voorbereiding van het Go/No-Go moment: “Ik heb het afgelopen jaar heel veel in gang gezet, veel stof doen opwaaien en veel materiaal gemaakt samen met anderen. Nu is er iemand nodig die overzicht houdt, erboven kan zweven, en de rol heeft om andere krachten in het gareel te houden.” Dat is Heli, iemand met helikopterview. Vanuit Heli’s gezichtspunt ziet Hoegen dat de verschillende sporen die zij de afgelopen tijd heeft uitgezet elkaar vinden en voeden: “Ik begrijp de urgentie van dit onderzoek nu nog beter. Er wordt zoveel opgehangen aan werk, en geen plaats en waarde gegeven aan andere moeilijke, maar belangrijke taken – en de mensen die die taken doen. Dat wringt op verschillende niveaus. Het is fantastisch hier steeds meer inzicht in te krijgen en manieren te vinden om dit ook voor anderen zichtbaar te maken.”
Studentenwerk
De performatieve en co-creatieve methodes die Hoegen hiervoor aan het ontwikkelen is, deelt zij met haar studenten en andere onderzoekers bij HKU-Theater. In workshops, met name bij de Master Scenography, besteedt zij aandacht aan wat studenten in hun leven als werk ervaren, terwijl het niet zo genoemd wordt. “Daar komen mooie voorbeelden uit. Iemand noemde bijvoorbeeld het werk van rouwen om de dood van een ouder. Ook dat is een vorm van onzichtbaar werk."